De schippers hijsen de zeilen, handelaren laden goederen uit de schepen, een paard trekt een ton over de kade en een vrouw pompt water op. Het is een drukte van belang rond de Oude Buitenhaven, hier omstreeks 1790. Het was dan ook het commerciële hart van de stad. Schepen varen met handelswaren af en aan naar de Oostzee, de Zuiderzee en het Friese achterland. 

Het grote gebouw links is de Hoge Tinne. Op die plek stond eerder een pakhuis bestemd voor de walvisvangst. Nu is het Hotel Zeezicht. Het gebouw rechts is de Leeuwenburg. Hierin bevond zich de administratie van de Friese admiraliteit, de marine van die tijd. De vrouw rechtsvoor valt op. Ze loopt er met haar ‘Duitse muts’ helemaal volgens de laatste mode bij. Dat past ongetwijfeld bij haar status; haar man is officier in het leger.

Kunstschilder Nicolaas Baur, geboren en getogen Harlinger, schilderde landschappen en zeegezichten, maar was vooral bekend om zijn schilderijen met schepen. In 1808 kocht koning Lodewijk Napoleon twee van zijn werken, die nu onderdeel zijn van de collectie van het Rijksmuseum. Het Hannemahuis bezit ruim twintig werken van deze belangrijke Harlinger kunstschilder.

Ontdek Harlingen in het Hannemahuis. Bewonder flonkerend zilversmeedwerk, zeventiende-eeuwse schilderkunst en de befaamde Harlinger tegels. Monster aan op de scheepvaartafdeling en leef mee met het laatste avontuur van een Harlinger walvisvaarder. En luister naar Simon Vestdijk ─ een van Harlingens beroemdste zonen ─ en zijn gedicht ‘Stad aan de wadden’.